Als een laatste tastbare herinnering aan het oude dorpje Haarzuilens vind je naast het kasteel de Kapel. Van het bestaan van deze kapel wordt voor het eerst rond 1420 melding gemaakt. Vermoed wordt dat deze dan moet zijn gebouwd tussen 1385 en 1395 en dat Boekel van de Haer en zijn vrouw de stichters ervan zouden zijn geweest. Maar het is aannemelijk dat de Kapel nog ouder is; de toren bevat nog bouwresten van oudere datum.
Als u met het kleine trappetje naar beneden gaat, komt u in de Romeinse Tuin.
In de 16e eeuw worden Kasteel de Haar en zijn kerk praktisch onherstelbaar beschadigd. Kasteel en kerk vervallen langzaam tot een ruïne. Nadat in 1703 een gedeelte van het dak instort, gebruiken de bewoners Haarzuilens de toren en het restant van het schip als stal en opslagplaats. Baron Etienne van Zuylen besluit rond 1890 niet alleen zijn voorvaderlijk kasteel te laten herbouwen, maar tegelijkertijd ook de Kapel als Slotkapel te laten restaureren. Cuypers laat eerst de resten van kapel en toren consolideren totdat in 1894 het daadwerkelijke herstel wordt gestart waarbij details van het gotisch houten tongewelf duidelijk zichtbaar blijven. De restauratie van de Kapel wordt in 1899 afgerond.
Wanneer baron Egmont het beheer van De Haar op zich neemt van zijn vader Etienne, wordt er in jaren ’50 onder de sacristie een ruime grafkelder (crypte) aangelegd om meer ruimte voor het bijzetten van familieleden te creëren. Diverse leden van de familie Van Zuylen hebben er inmiddels hun laatste rustplaats gevonden. Zowel Baron Thierry als baron Egmont en zijn vrouw Margerite zijn bijgezet in de crypte.